Cambodja heeft zijn ziel verpand aan de Chinezen…
Ik kwam deze onfortuinlijke vrachtwagenchauffeur tegen op mijn terugweg van de mijnwerkers van Bokheo. Vermoedelijk had hij zich al een tijd geleden vastgereden, want onder zijn truck wiegde zachtjes zijn hangmat, op het ritme van de zwoele wind. Dit tafereel was vroeger tijdens het regenseizoen dagelijkse kost. De ongeasfalteerde wegen werden na elke hevige regenval herschapen tot een modderpoel waar haast geen doorkomen aan was. Met de razendsnelle veranderingen in het land zal dit beeld binnen onafzienbare tijd wellicht volledig verdwijnen. Want dat Cambodja in een stroomversnelling verkeert, op weg naar de toekomst van morgen, valt niet te ontkennen.
Cambodja veert na de donkerste bladzijden uit zijn geschiedenis (met als absolute dieptepunten de Vietnam-oorlog (1955 – 1975) en het autoritaire regime van Pol Pot en zijn aanhangers van de Rode Khmer) opnieuw recht. Vooral sinds de aanstelling in 1985 van Hun Sen als premier heeft Cambodja een grondige gedaanteverwisseling ondergaan.
Wat mij als fietser meteen opvalt, is de goede staat van de hoofdwegen. Nu, na dertig jaar van (burger)oorlogen waarbij zowat alle infrastructuur van het land vernietigd was, had men wellicht geen andere keuze. Gelukkig kon het land voor de wederopbouw rekenen op een groot aantal internationale hulpprojecten. Projecten die ook bepalend waren om het toerisme op gang te trekken. Zo betaalde Duitsland een pak geld voor de restauratie van het tempelcomplex Angkor Wat en werd ook het centrale marktgebouw in de hoofdstad Phnom Penh in ere hersteld. De meeste buitenlandse hulp kwam er evenwel van Aziatisch landen, in het bijzonder van China en Japan. Naast het bouwen van twee hydro-elektrische dammen, waardoor Cambodja nu voor 70 procent in haar eigen energie kan voorzien, heeft China de voorbije jaren vooral een grote bijdrage geleverd aan het wegennetwerk. Ook in de hoofdstad Phnom Penh rijzen momenteel immense gebouwen als paddenstoelen uit de grond, allen gefinancierd door China. Dat zo’n toevloed van Chinees kapitaal ook politieke consequenties heeft, is haast een logisch gevolg.
Cambodja dat zich op politiek vlak altijd vrij neutraal heeft opgesteld, heeft die soevereiniteit volledig opgegeven in het voordeel van China. De goeie verstandhouding met de grote bovenbuur zal ook in de toekomst het land ingrijpend veranderen. Zo is men dankzij gigantische Chinese fondsen gestart met een nieuwe internationale luchthaven ten zuiden van Phnom Penh en is men ook begonnen met de aanleg van een nieuwe luchthaven in Siem Riep, de uitvalsbasis voor toeristen die het befaamde Angkor Wat temelcomplex willen bezoeken. Op die manier hoopt men de toenemende stroom van toeristen op te vangen. Men verwacht dat er in 2020 maar liefst 7 miljoen toeristen Cambodja zullen aandoen, waaronder (wat had je anders gedacht) 2 miljoen Chinezen. Het lijkt erop dat ik geen dag te vroeg naar Cambodja ben afgezakt, want als de trend zich zo doorzet dan wordt Cambodja binnen onafzienbare tijd volledig onder de voet gelopen door de Chinezen.
Add a Comment