Cameron Highlands

Hoog, hoger, hoogst

Ik heb geen oog dicht gedaan. De eerste helft van de nacht lag ik badend in het zweet klaar wakker. De tropische warmte had de tent omgetoverd tot een snikhete sauna. De tweede helft van de nacht lag ik rillend wakker van de kou door de tropische stortbui die mijn tent ineen deed klappen als een kaartenhuisje. Kamperen in het wild, het is niet altijd even romantisch.

Gelukkig loopt het regenseizoen hier op zijn laatste benen en kan ik met een schrale zon de tweede etappe richting Cameron Highlands aanvatten. Het slaaptekort blijft niet zonder gevolgen. Bij elke nieuwe helling moet ik de longen uit mijn lijf persen en steeds vaker balanceer ik als een koorddanser op mijn trappers. Het enige lichtpuntje zijn de automobilisten die royaal voorbijsteken. Sommigen claxonneren me moed in of steken de duim in de lucht. Het doet me vermoeden dat een bepakte en bezakte fietser hier geen alledaags beeld is.

Naarmate de dag vordert, klimmen de temperaturen vlotjes boven de dertig graden. Mijn watervoorraad slinkt naarmate de hoogtemeters aantikken. Het warmshower-koppel uit Kuala Lumpur had me gewaarschuwd. ‘Neem voldoende water mee, want over een afstand van 90 kilometer zal je alleen op jezelf aangewezen zijn.’ Ik slaag er maar niet in om het juiste ritme te vinden. Ik trek, sleur, zweet en vloek. De volgorde van de handelingen verandert wel eens, maar ze blijven een constante gedurende de hele dag. Met het verstrijken van de tijd, begin ik te twijfelen of ik de vooropgestelde eindmeet zal halen. Honderd zevenenveertig kilometer met ruim 1800 hoogtemeters is misschien net iets te hoog gegrepen. Precies omdat de moed me ei zo na tot in de schoenen zakt, besluit ik mezelf te belonen. Bij elke overwinning van honderdvijftig hoogtemeters gun ik me een adempauze met bijhorende snack. En warempel, de beloning werpt zijn vruchten af. Ik voel me als een kind dat thuis komt met een goed schoolrapport.

Mijn euforie is echter van korte duur, want vijfentwintig kilometer voor ik Cameron Highlands bereik, worden de hemelsluizen wederom opengezet. Noodgedwongen fiets ik even later verder in een andere garderobe. Bij de invallende duisternis wijst mijn gps de nog resterende kilometers aan: 17. In normale omstandigheden betekent dat nog een uurtje fietsen, maar met huidig stijgingspercentage wordt dit al gauw het dubbele. Er lijkt aan de weg geen eind te komen, evenmin aan de hoogtemeters. Na elke bocht, volgt er een nieuwe en nog één en nog één. Totaal doorweekt fiets ik iets voor negen uur ’s avonds Cameron Highlands binnen. Doorheen de regen speur ik naar een hotel. Mijn oog valt op felgele neonreclame met als opschrift: ‘Sunbird hotel: The best value under the sun.’ Zolang ik er mijn kleren maar kan drogen, denk ik. Een half uur later heeft mijn hotelkamer meer iets weg van een waskot. Zelfs het TV-scherm fungeert als droogrek. Het ziet er naar uit dat een eentonige TV-avond zal worden…

Add a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *