vulkaan Sibayak

De Sibayak vulkaan

Met een gevoel van spijt verlaten we Bukit Lawang. Ik omwille van de relaxte sfeer die er rondhangt, Caroline omdat ze definitief afscheid moet nemen van haar Orang-oetans. Als het aan haar lag, dan bleef ze er voor de rest van de vakantie. We hebben echter een vrij strak reisschema en de volgende bestemming wenkt: Berastagi. Caroline heeft vervoer geregeld en zo worden we 130 km verder door een privéchauffeur netjes aan ons hotel afgezet. Ik ben niet zo het type die vooraf alles vastlegt en plant. Ik laat liever het toeval spelen. Om mij te verplaatsen geef ik daarenboven de voorkeur aan vervoersmiddelen die behoren tot de leefwereld van Jan modaal. Pas op die manier wordt de kloof tussen toerist en local een flink pak dunner. Je wordt een stukje zielsverwant en dat schept onlosmakelijk een band. Maar goed, samen reizen is een evenwichtsoefening. Je moet leren balanceren tussen je eigen-ik en de persoon die je vergezelt.

Reizen is wel de beste manier om je medemens beter te leren kennen, zeker wanneer je een aantal weken de vertrouwde comfortzone achter je laat. Het terugvallen op wat zo eigen is in je eigen leefwereld, valt op dat moment volledig weg. Je hebt alleen jezelf en je medereiziger. Het is precies tijdens bepaalde scharniermomenten dat sommige zaken aan de oppervlakte komen drijven. Zaken waarvan je soms wel het bestaan van af weet, maar niet kan inschatten in welke mate ze deel uitmaken van de andere persoon. Dat Caroline niet het meest avontuurlijke type is, dat wist ik. Maar dat haar fobie voor slangen zo allesoverheersend is, dat is nieuw voor mij. Elk argument dat ik bovenhaal om haar tot andere inzichten te brengen, is een maat voor niets. Het moet voor mensen die rondlopen met angsten niet altijd even gemakkelijk zijn.

De beklimming van de vulkaan Sibayak doen we in gezelschap van alweer een gids. Om de top te bereiken moet je een stukje door de dicht regenwoud wandelen. Jungle associeert Caroline met slangen en dus voelt ze zich pas veilig als er ook een lokale gids meegaat. Ik prijs me stilaan gelukkig dat Sumatra niet één en al jungle is. We hebben het gezelschap gekregen van een aardig Nederlands stel. Hun jaarlijkse vakantie proberen ze zoveel als mogelijk aan te wenden om een stukje van de wereld te verkennen. Het zijn globetrotters pur sang, al voel ik duidelijk aan dat zij over net iets meer avontuurlijke genen beschikt.

De Sibayak vulkaan met een hoogte van 2212 meter vormt het kleine broertje van zijn tegenhanger, de Sinabung (2460 m). Na een winterslaap van vier eeuwen liet de Sinabung vulkaan in 2010 opnieuw van zich horen. De kleine uitbarsting kostte twee mensen het leven. Sindsdien is het nooit meer volledig rustig geweest rond de vulkaan. Met de regelmaat van de klok spuwt hij dodelijke lava uit en liep het dodental de voorbije jaren op tot 23 slachtoffers. Precies omwille van het steeds terugkerend gevaar op erupties is de vulkaan tot nader orde niet meer toegankelijk. Aan de ene kant best jammer, maar anderzijds heeft ons dat wel de kans om de vulkaan in al zijn glorie te aanschouwen. Want eenmaal op de top van de Sibayak vulkaan torent zijn tegenhanger als een grote kegel aan de horizon. Het uitzicht is weergaloos en wordt versterkt door wolkenslierten die de vulkaan af en toe omhullen in een witte vacht. De natuur heeft iets magistraal. Hoe nietig ik me ook voel, ik ben blij dat ik het aanschouwen mag.

Op de terugweg laten we onze vermoeide spieren tot rust komen in één van de vele warmwaterbronnen in de buurt van Berastagi. De bronnen worden commercieel uitgebaat en het geheel heeft iets weg van een zwembadcomplex. Ondanks alles voelt het verkwikkend aan en genieten we mateloos van de temperatuurverschillen in de diverse baden. Heel even moet ik terugdenken aan mijn allereerste grote fietsreis doorheen Zuid- en Midden-Amerika (2006 – 2009). In Chili bezocht ik  toen ‘El Tatio Geisers’, een geiserveld in het Andesgebergte in het noorden van Chili, op 4200 meter boven zeeniveau. Toen de laatste toeristen er rond 9u ’s morgens vertrokken, bleef ik er alleen achter. Ik genoot toen van de hoogste openluchtbadkuip van de wereld. Niet te geloven, al meer dan tien jaar geleden. De tijd is niet stil blijven staan en misschien is dat maar best ook…

One Response

Add a Comment

Your email address will not be published. Required fields are marked *